
Als fiere Grammofoon van “Mag het Wat Luider”, wil ik met Radio MAeVA regelmatig meer duiding geven over de muziek die ouderen door de jaren heen hebben beleefd. De samenwerking is voor mij een belangrijke stap in het verder uitbouwen van mijn ambitie om muziek en herinneringen toegankelijk te maken voor ouderen thuis, mantelzorgers en bewoners van woon- en zorgcentra. Om herinneringen op te halen en omdat medewerkers van woonzorgcentra iets meer achtergrond zouden hebben zal ik als grammofoon regelmatig een stukje schrijven met meer achtergrond over de muziek van toen.

Ik wil graag beginnen met een stukje geschiedenis: de invloed van muziek in België in 1940. Dit was een turbulente tijd, waarin muziek niet alleen als vorm van entertainment diende, maar ook als een krachtig middel voor het bewaren van culturele identiteit en het bieden van troost in moeilijke tijden. Het is fascinerend om te zien hoe muziek ons met elkaar verbindt, zelfs door de generaties heen. Ik kijk ernaar uit om dit samen met jullie te ontdekken en de verhalen achter de muziek te delen.
Verzet, samenhorigheid en expressie in de jaren '40
De jaren '40 in België waren een periode van grote omwentelingen, van de Tweede Wereldoorlog tot de bevrijding, en muziek speelde een cruciale rol in het leven van de mensen. In een tijd van onzekerheid en spanning bood muziek zowel een ontsnapping als een manier om verzet te tonen. Het was een tijd waarin de kracht van muziek als een middel van samenhorigheid en expressie werd benadrukt, en waar artiesten in het geheim of in het openbaar hun gevoelens konden uiten.
Muziek als verzet en uitlaatklep
Tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen België onder Duitse bezetting stond, speelde muziek een belangrijke rol in het verzet. Veel populaire muziek uit die tijd was een manier voor de Belgen om hun gevoelens van onderdrukking en verzet uit te drukken. Zo werd "Le Chant des Partisans", een verzetslied dat in 1943 werd geschreven door de Franse dichter Joseph Kessel en de Belgische componist Anna Marly, een symbool van verzet. Het werd niet alleen in Frankrijk gezongen, maar ook in België. Het refrein, "Aux armes, citoyens!" (Terug naar de wapens, burgers), werd een oproep tot actie en hoop in donkere tijden. Het lied werd al snel een van de bekendste verzetsliederen in België en Frankrijk.
Daarnaast was Jacques Brel, hoewel hij pas in de jaren '50 echt beroemd zou worden, een vroeg voorbeeld van de manier waarop muziek diep geworteld was in de Belgische cultuur. Zijn latere nummers zouden de geest van de jaren '40 weerspiegelen, met melancholie en verlangen naar een betere toekomst, maar ook met de weemoed die de oorlog met zich meebracht.
Muziek als escapisme en hoop
De jaren '40 waren ook een tijd waarin muziek mensen in staat stelde om even te ontsnappen aan de dagelijkse ellende van de oorlog. Tijdens de bezetting door nazi-Duitsland was de muziekkeuze beperkt door censuur. Amerikaanse jazz en swing, populair in de jaren 30, werden door de Duitse autoriteiten als “ ontaarde muziek” beschouwd en grotendeels verboden. Toch bleef de invloed van jazz voelbaar, vaak in clandestiene kringen. Artiesten zoals Django Reinhardt, een Belgisch-Romani jazzgitarist, hielden de jazzlevendigheid in stand. Reinhardt’s composities zoals “Minor Swing” en “Nuages” vonden zelfs in deze moeilijke tijden hun weg naar luisteraars. Ook de invloed van andere Amerikaanse jazzmuzikanten, zoals Louis Armstrong, Duke Ellington en Billie Holiday, was groot in België. De swingjazz bracht een zekere vrijheid van beweging en optimisme met zich mee, die voor velen een welkome ontsnapping was aan de harde realiteit van de bezetting.
In de Belgische steden, zoals Brussel, Antwerpen en Luik, waren jazzclubs populaire ontmoetingsplaatsen voor zowel de jonge generatie als voor de excentrieke intellectuelen. De geluiden van de trompetten en de saxofoons in de nachtelijke uren boden een andere wereld aan, waarin mensen zich even niet meer druk hoefden te maken over de dreiging van de bezetting.
Populaire Belgische artiesten en invloeden
Muzikanten zoals Bobbejaan Schoepen, een iconische Belgische zanger, speelden ook een belangrijke rol. In de naoorlogse jaren zou hij de Belgische muziekcultuur beïnvloeden met zijn "Amerikaanse" muziekstijl en zijn eigen nummers zoals "De Clown". Schoepen combineerde populaire muziek met een vrolijke uitstraling, wat de melancholie van de tijd verzachtte en tegelijkertijd een gevoel van nationale trots aanwakkerde.
Er waren ook Belgische zangers en bands die zich niet lieten onderdrukken door de bezetting. Een voorbeeld hiervan is Tino Rossi, die, hoewel hij van Franse afkomst was, een grote invloed had op de Belgische muziekscene. Zijn warme stem en romantische chansons werden vaak gedraaid op de radio, en ook in de Belgische huizen stonden zijn platen op. Nummers als "J'ai Deux Amours" brachten hoop en verlangen naar een betere toekomst in een periode die allesbehalve rooskleurig was.
Nog een andere bekende artiest van toen was Jean Walter. Zijn lied “ Quand une blonde aime un brun” was ernorm geliefd bij het publiek.
Meer uitleg? Kijk naar de vaste Radio MAeVA pagina onder de rubriek: Goed te Horen

Radio MaeVa
Radio MaeVa: een tijdreis door herinneringen. Speciaal voor de generatie van Ma en Va brengt dit radiostation muziek uit hun gouden jaren, van rock & roll tot zomerse hits. Ontstaan uit passie en zorg voor ouderen, brengt Radio MaeVa meer dan muziek: het brengt verhalen en emoties tot leven. Omdat Radio Maeva veel meer aandacht verdient wordt hij onze huiszender en Grammofoon.
Normaalgezien zijn onze Grammofoons "personen". Maar de man achter Radio Maeva werkt liever achter de schermen. Omdat inspraak heilig is voor Mag het wat Luider respecteren we dat uiteraard. Dus is Radio MaeVA onze Grammofoon! Radio MaeVa wordt mee mogelijk gemaakt dankzij Zorg-Saam ZKJ